vrijdag 9 oktober 2015

16. De opstand

“Ik hoop de wacht voor de deur te kunnen overrompelen en haar te kunnen bevrijden, ze houden haar gevangen op de gang begreep ik.”
“Ik zal ondertussen wat kleren voor je moeder pakken, want ze staat daar nog in haar ochtendjas.” Koortsachtig begon William Lord Astray, die nog steeds buitenwesten was, te knevelen en veroverde hij diens sabel en pistool. Hij controleerde of het pistool geladen was en bromde tevreden.
Snel spande hij de haan en keek hij vervolgens of hij nog wat extra kruit en munitie kon vinden en was daarna dik tevreden toen hij die inderdaad ontdekte.
“Ik ben klaar!” riep William zacht terwijl hij een blik van verstandhouding naar zijn vader wierp die de laatste hand lag aan het knevelen de wacht.
De man begon echter alweer een klein beetje bij zijn positieven te komen en probeerde nu wild zijn handen los te krijgen toen hij zich realiseerde wat hem was overkomen.
“Je had beter stilletjes kunnen blijven liggen vriend!” gromde Lord Brightton terwijl hij hem nog een klap met de kolf van zijn pistool in zijn nek gaf.
De man zeeg zonder ook verder nog maar een kik te kunnen geven weer terug op de vloer.
“Hij zal er morgen wel een barstende hoofdpijn aan overhouden denk ik zo” grijnslachte Lord Brightton grimmig.
Plotseling werd er stevig op de deur geklopt!
“My Lord, my Lord!” de deur ging voorzichtig open en een hoofd verscheen om het  hoekje van de deur. Direct grepen Lord Brightton en William hem beet.
En terwijl de ene hem vast hield, gaf de andere hem een flinke tik op zijn hoofd zodat ook hij korte tijd later buiten gevecht op de grond smakte.
Maar nu waren echter ook de overige mannen op de gang gealarmeerd door het rumoer wat tijdens dit korte handgemeen was ontstaan.
Ze hadden al verdachte geluiden gehoord, maar waren niet gaan kijken uit angst voor weer een woede-uitbarsting van Astray alwaar ze zo even tevoren al kennis mee hadden gemaakt toen ze één van hen kreunend de kamer uit zagen kruipen.
Ze hadden gedacht dat lord Astray nu zijn woede op zijn gevangenen aan het botvieren was en niemand van hen had het durven wagen om hem daarbij te storen.
Maar nu waren ze toch wel wat achterdochtig geworden nadat ze plotseling één van hun kameraden naar binnen getrokken zagen worden en ze kort daarop een stevige bons hoorden.
Maar daar werd de deur al weer opengeworpen en brullend kwamen Lord Brightton enWilliam wild met hun sabel om zich heen maaiend en met getrokken pistool op hen af!
Het eerste schot klonk en een man gestoken in een Brits uniform stortte voor hen neer.
Lady Brightton die aan het einde van de gang, onder bewaking van twee man op een stoel zat, gaf een gil van schrik.
Opnieuw klonk er een schot waarbij één van haar bewakers levenloos op de grond naast haar neer viel.
Daar verscheen haar man met het nog rokende pistool in de hand, maar de andere bewaker naast haar richtte nu zijn geweer op hem!
Ze pakte daarop snel de stoel waar ze op gezeten had en gaf hem daarmee een daverende klap op het hoofd zodat hij onmiddellijk ineen zeeg.
”Die zal niet veel kwaad meer aanrichten” zei ze handenwrijvend.
“Goed gedaan schat” zei Lord Brightton “Ik denk dat die het voor voorlopig niet meer ziet zitten” grijnslachte hij ”Trek deze kleren aan en kom mee!”
Op de gang was er een complete paniek ontstaan en de Fransen trokken zich in wilde wanorde in het ovale trappenhuis terug.
Duidelijk waren ze niet bedacht geweest op zo’n plotselinge woedende uitval van hun gevangenen.
Ook de overige personeelsleden, die in de aankomst hal onder bewaking van zo’n vijftien Franse tegenstanders nog steeds in bange afwachting waren van wat er met Lord Brightton en zijn gezin ging gebeuren, hoorden nu het rumoer van het gevecht boven hen.                                                    
Stuart realiseerde zich dat Lord Brightton waarschijnlijk aan een ontsnappingspoging bezig was en riep luid zijn mensen op om hem daarbij te helpen.
“Wie er voor Lord Brightton is, volge mij!” schreeuwde hij strijdlustig, terwijl hij op de eerste de beste Fransman af stormde in een poging hem neer te slaan en zijn wapen te pakken te krijgen.
Maar die ontweek de aanval handig en trok zich snel terug in de richting van de wapenzaal.
Bijna iedereen volgde Stuart, zowel mannen als vrouwen, terwijl ze hun longen uit hun lijf brulden om zoveel mogelijk angst en paniek onder de Franse tegenstanders te veroorzaken.
Ze stormden op de wapenkamer af die naast de aankomsthal was gelegen in een poging door de bewaking heen te breken en zich daarna te kunnen voorzien van schiet- en steekwapens.
Maar de Fransen vormden razendsnel een cordon en vuurden een gedeelte van hun geweren in een knallende salvo af op de woedende meute die op hen af  kwam stormen.
Een aantal van hun tegenstanders vielen, zowel mannen als vrouwen, maar nog steeds kwamen de overigen struikelend over de doden en gewonden, verder op hen af!
“Richt je geweren op die oude man daar!, dat is de leider!” brulde een Franse officier.
De schoten gingen bijna gelijktijdig af en troffen Stuart op vele plaatsen in zijn lichaam.
Door de inslag van de kogels werd hij wel een halve meter teruggeworpen waardoor hij bloedend uit vele wonden voor de voeten van zijn medestrijders neerkwam.
Die twijfelden vol afgrijzen nu een moment om verder te gaan, .. en ineens kwam er een einde aan de bestorming.
In wilde paniek stoof iedereen uiteen en renden ze terug in de richting van de aankomsthal.
Maar plotseling verschenen er via de zijingangen nog meer Fransen en ook bij de hoofdingang werden er dreigend geweren op hun gericht.
Schoten klonken in het wilde weg.    
In de paniek die nu ontstond liepen ze elkaar volledig onder de voet, terwijl de doden en gewonden nu in bosjes om hen heen vielen.
“We geven ons over!, genade alstublieft!” gilden ze verslagen en in grote wanhoop uit!
Enkele vrouwen jammerden luid, de chaos was enorm!
Het buskruit had een verstikkende damp veroorzaakt en beet in de ogen.
Door de damp heen klonk de order “Bajonetten op!”
Het klikken van het opzetten van de bajonetten was ondanks het gegil en gejammer van de vrouwen duidelijk te horen. “Voorwaarts!” klonk een nieuw commando.
Dreigend kwamen ze op het handjevol overgebleven overlevenden af die uit alle macht probeerden duidelijk te maken dat zij zich overgaven door hun handen hoog in de lucht te steken.
“Voer de gevangenen af naar de kamer naast de ingang en bewaak ze zorgvuldig zodat ze niet nog een keer de kans krijgen om te ontsnappen.
Iedereen die het toch probeert schiet je meteen zonder pardon neer!” beval een sergeant zijn korporaal luid in het Engels zodat iedereen het duidelijk kon horen.
“Wat doen we met de gewonden sir?”vroeg de korporaal vervolgens aan de sergeant.
“Maak ze af!, we kunnen geen gewonden gebruiken!”
“M, ..maar sir!” protesteerde de korporaal.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten