zaterdag 19 december 2015

89. Een dubbeltje op z'n kant

“Nou commandant, misschien is het mogelijk om een tweetal ankertrossen buitenboord aan te brengen. Die laten we dan vanaf de beide kluisgaten aan bak- en stuurboord over het berghout lopen, waarna ze door een geschutspoort ter hoogte van de kaapstander op het kuildek naar binnen geleid moeten worden.
Daar beleggen we ze op de kaapstander en spannen hen daarmee zo strak als maar mogelijk is. Een aantal ijzeren haken, die verdeeld aangebracht zullen moeten worden over het berghout moeten er voor zorgen dat de trossen niet naar boven kunnen schuiven.
Aan deze trossen moeten we alles bevestigen wat maar drijven wil, waaronder zoveel mogelijk lege vaten.
Mogelijk kunnen we als we wat geluk hebben hiermee het drijfvermogen van het voorschip iets omhoog krikken, waardoor we hopelijk voldoende tijd kunnen winnen om de lekken voor in het schip te dichten en zoveel mogelijk water uit de voor-ruimen te pompen.
De timmerman sloeg met zijn vuist in zijn hand en reageerde direct enthousiast.
“Dat is nog niet eens zo’n gek idee!, het is een gok maar het zou best wel eens heel goed kunnen werken!”
Het gezicht van de commandant klaarde direct wat op bij het horen van dit plan, het was weliswaar op zich een kleine kans maar er was in iedergeval enige hoop dat misschien toch alles nog niet helemaal verloren was.
“Uitgaande van uw reactie hoef ik niet meer te vragen wat u van dit plan denkt, monsieur Caspaar.” glimlachte hij opgelucht.
“Maar de grote vraag is alleen of we dat allemaal wel binnen de tijd kunnen klaren.
Een groot aantal van de vaten is gebroken of beschadigd en al met al zal dit alles toch nog een hele klus zijn terwijl de mannen al volkomen zijn uitgeput.
Hoe denkt u dit dus binnen de gestelde tijd te kunnen redden monsieur?”
“Er is geen andere mogelijkheid dan dat we iedereen die we maar enigszins hiervoor vrij kunnen maken aan het werk moeten zetten, commandant.
Dat zal dan betekenen dat alleen de mannen aan de pompen en degene die in het ruim aan het hozen zijn en verder nog iedereen die te maken heeft met het dichten van de lekken en de roergangers op de kampanje op hun posten kunnen blijven.
Maar helaas zullen alle anderen, dus ook degene die bezig zijn aan de vlotten, dit werk moeten staken om gemeenschappelijk te helpen bij deze grote klus.
Dat is naar mijn idee nog de enige mogelijkheid waarop we een kleine kans maken er hopelijk op tijd mee klaar te komen.”
“Maar als het dan mis gaat hebben we helemaal niets meer om op terug te vallen, monsieur!
Dat anderhalve vlot wat nu pas klaar hebben, is bij lange na niet voldoende om de hele bemanning op te kunnen herbergen!” wierp de commandant tegen.
“Ik begrijp uw dilemma commandant, maar ik kan geen andere mogelijkheid meer bedenken.
Ik ben bang dat we het er op moeten gokken, het is er op of er onder.”
“Mag ik hierover ook uw mening vernemen monsieur William?, het gaat tenslotte ook om uw leven en dat van madame Brightton.”
“Ik dank u dat ik door u gerechtigd ben om mijn mening hierover uit te spreken commandant.
Ikzelf verkies om het te gokken, commandant, want ik denk eerlijk gezegd dat we op de vlotten met deze enorme golven ook geen schijn van kans zullen maken.”
De commandant knikte instemmend. “Ik ben het volledig met jullie beiden eens, Monsieur Caspaar, u heeft over deze operatie de leiding.
Ik stel voor de manschappen zo snel mogelijk hierover te instrueren en met hen aan het werk te gaan. Zoek de kuiper voor me op en verzoek hem bij me komen.” “Jawel, commandant, tot uw orders! “ "Monsieur William, ik verzoek u de leiding op u te nemen om met een aantal mannen alle
bruikbare vaten vanuit het ruim naar boven te brengen.”
Kort daarop waren de mannen koortsachtig bezig met een ware race tegen de klok.
Een race die ging tussen leven en dood!
Uiterst moeizaam kwamen èèn voor èèn de vaten aan dek om daar aan de lijzijde geleegd te worden, waarna ze vervolgens door een ploegje mannen dat onder leiding van de kuiper stond, ze weer zo goed en kwaad het kon, hersteld werden.
Hierna werden ze vervolgens weer doorgegeven aan een andere ploeg die ze op hun beurt weer stevig aan de twee lange trossen bevestigde die ondertussen al vanaf het kluisgat naar het kuildek was gespannen.
De timmerman was met een aantal mannen druk in de weer om op het berghout een flink aantal ijzeren haken aan te brengen.
Dit was gezien de barre omstandigheden een levensgevaarlijke opdracht maar was wel van groot belang.
Keer op keer dook het voorschip wat dieper in de kolkende golven waaruit het zich nog maar met de grootst mogelijke moeite kon ontworstelen.
Het was duidelijk dat inmiddels het meest kritieke moment was aangebroken.
De mannen deden wat ze konden maar wisten, dat als ze het al zouden redden, het alsnog een dubbeltje op z’n kant zou worden.
Toch kwam er ook nog een bemoedigend bericht, en wel van de mannen die benedendeks in het voorschip bezig waren met het dichten van de lekken.
Het bleek dat ze er uiteindelijk toch in geslaagd waren om er daarvan èèn te dichten.
Even klaarden de gezichten van de zwaar afgematte mannen op maar direct was daar weer die grote verbetenheid.
Want ze wisten voor zichzelf heel goed dat het gevecht nog lang en breed niet ten einde was.
Na ruim anderhalf uur keihard werken kon eindelijk het sein gegeven worden dat alles zover in gereedheid was gekomen dat ze de trossen over het berghout naar de kaapstander konden gaan leiden.
Met vereende krachten zetten ze voorzichtig de trossen, waar inmiddels ook al de vaten aan bevestigd waren, overboord en probeerden ze de tros onder de haken door te leiden.
Aan het uiteinde van de tros was een dunne lijn bevestigd die naar beneden werd geleid tot halverwege de geschutspoort die zich even voor de kaapstander bevond en op het tussendek lag.
Nu was het zaak de geschutspoort pas te openen wanneer het schip over de andere kant rolde, anders zou de kans bestaan dat het water via de poort naar binnen zou lopen en dat was natuurlijk wel het laatste waar ze op zaten te wachten.
Aan de bakboordzijde liep alles op rolletjes.
Alleen aan stuurboord hadden ze het probleem dat één van de vaatjes in de rust was komen vast te zitten waardoor de tros niet verder op het berghout kon zakken.
Een van de mannen bedacht zich geen moment en sprong op de rust om een poging te wagen het vaatje weer vrij te krijgen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten