dinsdag 29 december 2015

99. Een weinig hoop

Twee maats waren de doorgedraaide man achterna geklommen en zagen nu kans hem behoedzaam tot op enkele meters te naderen.
Ze probeerden hem te kalmeren door rustig wat tegen hem te praten, maar al hun inspanningen ten spijt, het mocht allemaal niet baten.
Ten einde raad besloten ze hem plotseling van twee kanten vast te pakken.
Maar ongelukkigerwijs zag hij kans om zich uit hun handen los te vechten en aan hen te ontsnappen door zich bliksemsnel te laten vallen en zich vast te pakken aan het paard dat onder de ra was gespannen. Maar doordat de man al zo ernstig was verzwakt verloor hij vrijwel direct zijn grip, stortte daarop naar beneden en verdween met een grote plons in zee.
“Man over boord!“ werd er van alle kanten geschreeuwd.
“Alle zeilen van de fokkemast tegenbrassen!“ brulde William, “Werp lijnen overboord en zet een man op de uitkijk. Bootsman zet één van de vlo .....”,
“Ik wil direct dat u de laatste orders herroept monsieur William!” sprak de commandant kalm maar zeer beslist.
William keek hem verbijsterd aan om zich te overtuigen dat hij hem goed had verstaan.
De commandant bemerkte zijn aarzeling.
“Heeft u mijn order soms niet begrepen monsieur?” vroeg hij nu ongeduldig.
“Jawel commandant, maar, ......”
“Dan wil ik dat u mijn order nu direct tot uitvoer brengt, is dat begrepen!“
Zeer tegen zijn wil in herriep hij daarop zijn orders en beval hij dat ze de zeilen weer moesten volbrassen.
Er volgde een moment van doodse stilte op de kampanje waarin William, weliswaar zonder woorden, maar zeer duidelijk door zijn lichaamstaal liet blijken wat hij van deze order vond.
Plotseling verbrak de commandant de stilte.
“U vindt mij nu helemaal een monster, is het niet?
Bij hoge uitzondering zal ik u daarom graag uitleggen waarom ik u de orders heb laten herroepen.”
“U bent mij als commandant geen uitleg schuldig, monsieur, zeker niet omdat ik ook nog niet eens iemand van uw eigen strijdkrachten ben.” reageerde hij afwijzend.
De commandant deed of hij deze opmerking niet had gehoord en ging kalm verder met zijn verhaal.
“Nog voor ik de man zag vallen wist ik al dat hij verloren zou zijn.
Ten eerste was hij al niet meer te redden doordat hij waarschijnlijk behoorlijk veel zeewater had gedronken.
Daardoor gaan ze hallucineren en zijn ze een gevaar voor anderen en zichzelf.
Het zeewater uit zijn lichaam spoelen of verdunnen gaat niet vanwege het gebrek aan zoet water of wijn.
Maar ten tweede, de kans dat hij deze val had overleefd was zeer gering.
Het zou op zich al een wonder zijn als hij niet door de klap op het water bewusteloos was geslagen.
Zelfs als dit niet gebeurd zou zijn zou de man door zijn verzwakte gestel niet voldoende kracht hebben gehad om zich drijvende te houden tot het schip was bijgedraaid en wij in staat waren geweest om één van de vlotten overboord te zetten.
Geen van de mannen aan boord zou nog de kracht hebben kunnen opbrengen om de afstand tussen het schip en de drenkeling zwemmend af te leggen. Laat staan dat hij hem vervolgens nog eens terug had kunnen slepen naar het schip.
Ook een redding door het schip zelf was volslagen zinloos daar de manoeuvre veel te veel krachten zou hebben gevergd van de manschappen.
Waarbij het dan nog maar de vraag zou zijn of deze moeilijke manoeuvre wel in één keer geslaagd zou zijn.
Hoe dan ook, het zou in ieder geval zeker veel te veel tijd in beslag hebben genomen.”
Er viel opnieuw een moment van stilte.
“Vertel eens monsieur William, vindt u mij nu nog steeds net zo’n vreselijk monster als u eerst wel dacht?, of bent u inmiddels zelf ook tot hetzelfde inzicht gekomen als ik?”
Het schaamrood vloog William naar de kaken en hij draaide zich half om, om zich bij hem te verontschuldigen.
Maar de commandant had zijn antwoord niet afgewacht en was zonder ook nog maar een woord te zeggen van hem weg gelopen.
Na dit voorval werd de order van kracht dat een ieder die betrapt zou worden op het drinken van zeewater, in welke hoeveelheden dan ook, zonder pardon neergeschoten zou worden.
Na een zwoele nacht brak er een nieuwe hete dag aan.
Maar in de ogen van de commandant gloorde nu toch een klein sprankje hoop.
Het rood oranje van deze ochtend was anders dan de dagen ervoor.
Hetgeen voor de commandant een vaag teken was dat er op deze dag heel misschien wel een buitje zou kunnen gaan vallen.
Helaas konden die op zee soms zeer plaatselijk zijn.
Wat betekende dat hij ook wel eens aan hen voorbij zou kunnen trekken zonder dat hij over het schip zelf heen zou komen.
De gehele morgen gebeurde er maar bar weinig waardoor de hoop op regen langzaam weer begon te verflauwen.
Maar laat in de middag begonnen er zich kleine wolkjes boven de horizon te vormen.
Langzaam maar zeker werden ze een klein beetje groter.
De commandant begreep al meteen dat, als het zou gaan regenen, dit slechts van zeer korte duur zou zijn.
Direct liet hij alle gespannen zeilen en opvangvaten controleren zodat ze zoveel mogelijk regenwater zouden kunnen opvangen als maar mogelijk was. De volledige bemanning was nu inmiddels hoopvol aan dek gekomen en keek met brandend verlangen naar de ontwikkelingen van de wolken boven de kim. En ja!, op een gegeven moment zagen ze dan eindelijk langzaamaan een regenbuitje naderbij komen.
Maar aan de koers van de bui te zien zou hij ruim voor de boeg aan hen voorbij trekken.
Overal waren er hese kreten van teleurstelling te horen.
Sommige van hen vielen op de knieën en lieten wanhopig hun tranen de vrije loop.
Maar tot hun geluk zagen ze kort daarop een nieuwe regenwolk ontstaan die wel hun richting uit scheen komen.
Met een beetje geluk zou deze misschien wel over het schip heen trekken.
William schreeuwde dat iedereen zoveel mogelijk kledingstukken moest neerleggen zodat ze die konden wringen en uitzuigen om te drinken.
De mannen sprongen op en werden bijna gek van vreugde toen bleek dat de regenbui werkelijk over hen heen zou komen.
Toen eindelijk dan ook de eerste druppels vielen stonden velen met hun hoofden achterover en hun monden wijd open gesperd op dek te dansen om de levensreddende druppels begerig op te vangen.
Maar van een echte hoosbui was helaas geen sprake.
Het water dat viel was slechts maar mondjesmaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten