zondag 10 januari 2016

111. Muiterij!

Opnieuw smeekte hij luid jammerend om water, onderwijl op de bootsman aflopend en diens arm beetpakkend.
Blijkbaar aangemoedigd door dit luidkeelse gekrijs van de bijna hysterische man begonnen nu meer onfortuinlijke en wanhopige maats met hem mee te schreeuwen om water.
De bootsman begon nu de uitzinnige maat stevig met z’n eindje touw af te ranselen, in een poging hem daarmee de mond te snoeren.
Maar de man dook plotseling naar zijn voeten en rukte bliksemsnel de verraste bootsman met zijn armen onderuit.
Ineens, alsof dit een afgesproken teken was, gebeurde er van alles tegelijk.
Vier man doken woest op de ruggelings op dek geworpen bootsman af en begonnen hem meedogenloos met hun vuisten en voeten te bewerken.
Schuin voor hem uit zag William ineens de marinier, die bij de draaibas zijn positie had, voordat hij ook maar de tijd had gehad om te reageren met een mes rond zijn hartstreek dat goed gemikt vanaf het halfdek door een maat naar hem was geworpen, voorover tegen de reling van de kampanje vallen.
Ook een viertal mariniers die hen bij de bakboord reling hadden bewaakt werden met grof geweld overmeesterd en de keel afgesneden.
Er klonken in het wilde weg een paar schoten waardoor de kruitdampen in de gezichten van de dichtst bijstaande mannen beet.
Woest schreeuwend en brullend bestormden de wanhopige en van dorst gek geworden maats de kampanje!
Thonnon trok snel zijn pistolen en schoot ze leeg op de eerste twee mannen die langs de kampanjeopgang het dek probeerden op te stormen.
Beiden sloegen in hun borst getroffen achterover de kampanjeopgang weer af en bleven daarna badend in hun eigen bloed op het halfdek liggen.
Ook de vier mariniers die bij het watervat stonden schoten nu tegelijk een salvo op een groepje muiters af die met messen tussen de tanden de kampanje op probeerden te klimmen.
Drie man daarvan stortte daarop door de kogels getroffen weer terug op het halfdek en verdwenen uit het zicht.
Maar vanaf het halfdek werd er nu ook door de muiters op hen geschoten met de geweren die ze op de overmeesterde mariniers hadden buitgemaakt.
Getroffen in hoofd en borst stortten daarop twee van hen zwaar gewond neer.
William had snel zijn hartvanger getrokken en stormde naar de reling waar een aantal muiters overheen trachtte te klimmen om daar op het kampanjedek vaste voet te krijgen.
Hij voelde en hoorde een kogel vlak langs zijn wang fluiten en achter zich in de bezaanmast inslaan.
Maar hij had niet de tijd hier over na te denken en stak zijn hartvanger tussen de staanders van de kampanjereling door in de eerste de beste muiter die met zijn borst boven de hoogte van het dek uitkwam.
Hij voelde de hartvanger diep in de borst van de man dringen en hoorde de maat het uitschreeuwen van pijn.
De muiter klampte zich in zijn doodsstrijd stevig met zijn armen om de reling terwijl het bloed hem langzaam uit de mond droop.
Met een snelle beweging zette William zijn voet op zijn schouder en drukte hij hem daarmee ruw naar beneden terwijl hij gelijktijdig de bebloede hartvanger uit zijn borst trok.
Hij hoopte dat de man in zijn val nog een paar andere muiters zou meesleuren, hetgeen ook inderdaad gebeurde.
Vervolgens stormde hij direct naar zijn volgende slachtoffer.
“Beman de draaibas!” bulderde de commandant.
Hij begreep dondersgoed dat ze tegen deze overmacht niet lang stand zouden kunnen houden en dat waarschijnlijk een schot schroot nog hun enigste kans zou zijn om de woedende horde muiters tot staan te brengen.
Één van de mariniers vond de nog steeds brandende lont en pakte die van het dek op en ondernam een poging om bij de draaibas te komen.
Maar slechts al na een meter of twee werd hij dodelijk getroffen door een naar hem geworpen enterbijl en stortte hij stuiptrekkend over zijn gehele lichaam achterover op het dek neer.
William probeerde intussen zoveel mogelijk stand te houden bij de reling.
Hij wist dat als ze eenmaal vaste voet op de kampanje konden zien te krijgen de strijd voor hen verloren zou zijn.
Woest hakte hij op elke muiter in die boven de reling uit durfde te komen.
Maar de horde muiters bleven onstuitbaar van alle kanten op de kampanje afkomen.
Bij de stuurboordopgang zagen de commandant en twee andere officieren ondanks de overmacht toch kans om zich staande te houden.
En ook bij de bakboordopgang hielden de overgebleven mariniers en de twee stuurlui nog steeds stand.
Maar het zou nog maar slechts een kwestie van tijd zijn dat de muiters er op één of andere manier toch in zouden slagen om door hun verdediging heen te breken.
De chaos was enorm.
Overal klonken losse schoten en trachtte men boven het wapengekletter uit te schreeuwen.
Bijtende kruitdampen benamen de adem en het zicht, en struikelend en glijdend over het bloed en de lichamen van de doden en gewonden vochten de mannen op leven en dood en rolden ze soms over elkaar heen.
Het gekerm en gejammer van de gewonden werd door al die chaotische geluiden volledig overstemd en er was daarom niemand die zich over hem bekommerde.
Thonnon bulderde naar William, “De draaibas!, .. beman de draaibas!”
William knikte naar hem als teken dat hij hem begrepen had, verliet daarop zijn plaats bij de reling en sprong met de moed der wanhoop in de richting van de draaibas.
Koortsachtig zocht hij naar de lont maar kon die zo snel niet vinden.
Voor hem dook plotseling één van de muiters op die hoog boven zijn hoofd geheven een mes in z’n handen had.
De man kwam nu razendsnel boven de reling uit en trachtte hem woedend neer te steken.
Met een snelle beweging ontweek hij de aanval en gaf hij vervolgens de draaibas een stevige zwieper.
Die draaide snel op zijn spil rond waardoor de loop zijn tegenstander van de reling af maaide en hij ruggelings bovenop een aantal maats beneden hem terecht kwam.                                                        
Dit gaf hem even een kleine adempauze en opnieuw ging hij koortsachtig op zoek naar de zoekgeraakte lont. Maar hij kon hem echter met geen mogelijkheid meer vinden.
Plotseling klonk er aan bakboord een hevig geweersalvo en zag hij de twee stuurlui en marinier hevig bloedend door de in hun lichamen ingeslagen kogelregen op het dek storten.
Direct daarop stormde een viertal muiters de kampanje op.
William zag tot zijn schrik dat ze door de verdediging heen waren gebroken.
Dit was het begin van het einde!, flitste het door hem heen.
Hij keek een ogenblik naar de draaibas en besefte dat hij die in geen geval intact in hun handen mocht laten vallen.
Hij keek snel in het rond wat hij zou kunnen gebruiken om het onklaar te maken.
Zijn oog viel op het watervat.
Hij wist dat er nog maar heel weinig water in moest zitten, maar misschien was het nog wel net genoeg om zijn doel te kunnen bereiken.
Hij had geen andere keus!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten