zondag 1 november 2015

39. Was zijn moeder in het ijskoude water van de Firth of Clyde gestort?

En dat was het moment wanneer de sloep op het hoogste punt van een aanrollende golf was aangekomen.
Maar dat maakte het tevens zeer gevaarlijk en ontzettend moeilijk.
Want zo’n golf zorgde er ook voor dat de sloep, vaak met een geweldige smak, tegen het stootkussen werd geslagen, waardoor de bemanning door elkaar gerammeld werd als blikken poppetjes in een trommel en de sloep hevig onder de grote druk in zijn voegen kraakte.
Dit was compleet gekkenwerk, bedacht hij bitter.
Als dit nog even zo door ging, dan zou de sloep ondanks het stootkussen volledig tot wrakhout geslagen worden.
Plotseling was er hevige beroering beneden hem.
Er werden woorden naar boven geschreeuwd die hij door de wind niet kon verstaan.
Maar hij begreep aan de drukke bewegingen en heftige vloeken dat er met de broek of kabel iets goed mis moest zijn gegaan.
Geschrokken keek hij of hij zelf het probleem kon ontdekken.
Was zijn moeder in de ijskoude Firth of Clyde gestort?!                                                        
Zijn hart bonkte hem in de keel en hij probeerde met zijn ogen de steeds dieper wordende duisternis te doorboren.
Hij tuurde ingespannen naar beneden, maar kon haar eerst met geen mogelijkheid ontdekken.
Maar na een aantal angstige minuten slaakte hij een diepe zucht van verlichting toen hij eindelijk weer een glimp van de broek, met daarin nog steeds zijn moeder, kon ontwaren.
“Wat is er aan de hand!” schreeuwde William boven het geraas van de wind en de golven uit.
De luitenant gebaarde dat de kabel van de broek vast zat.
Hij begreep direct wat hij bedoelde.
De broek zat, zoals gezegd, met een slipsteek bevestigd aan de kabel van de kraanbalk.
Normaal gesproken zou de broek van de kabel los moeten komen als je een flinke ruk aan het eind van de het touw gaf.
Maar op één of andere manier was de knoop vast komen te zitten en was de poging om de broek aan boord te nemen mislukt.
Nu waren ze gedwongen om de broek helemaal in de sloep te laten zakken en hem daar los te snijden. Maar dat zou meer tijd in beslag nemen en daarbij het gevaar voor de sloep aanmerkelijk vergroten.
William hing weer over de rand om te kijken of hij kon zien hoe het met zijn moeder gesteld was. Ze hing nu echter in de schaduw van de rotspunt waardoor hij kon haar nu niet meer kon onderscheiden.
Maar waarschijnlijk moest ze er nog steeds hangen, wat te zien was aan de kabel die nog steeds zo strak stond als een vioolsnaar.
De sloep had zich nu wat van de rotsen verwijderd, begreep William, en maakte zich blijkbaar gereed voor een hernieuwde poging om de broek opnieuw zo dicht mogelijk te naderen.
Ook de sloep verdween nu uit zicht toen hij in de schaduw van de rotsen terechtkwam.
Minuten lang kon William helemaal niets onderscheiden van wat er beneden zich afspeelde.
Maar plotseling kwam de kabel slap te staan en zwierde hij daarna knallend heen en weer als een losgeslagen slang.
De broek moest zijn losgesneden, concludeerde hij bij zichzelf.
Zou ze het hebben gered? Of lag zijn moeder nu in angstige doodstrijd te worstelen in het ijskoude water van de Firth of Clyde!
De angstige onzekerheid sloeg hem om het hart en het klamme zweet stond op zijn rug.
Zijn ogen spanden zich tot het uiterste in om de duisternis te doorboren.
Minuten, die uren schenen te duren, gingen voorbij.

Maar ineens kwam de sloep weer in het bleke maanlicht tevoorschijn en zag hij tot zijn opluchting dat er een kort signaal naar boven werd gegeven als teken dat alles in orde was.
Met de lamp werd er een signaal terug geseind, wat hen vertelde dat de volgende persoon gereed gemaakt zou worden om af te dalen.
Alleen hij en de Engelse overloper waren slechts nog de enige twee personen die overgebleven waren.
William moest slikken bij het idee dat hij nu de volgende was die aan de beurt zou zijn om langs de vijftig meter steile rotswand af te dalen.
Doordat de kabel was blijven steken had William het bange vermoeden dat de broek nu volledig onklaar was geraakt en dat hij daardoor waarschijnlijk nu zelf op eigen kracht naar beneden zou moeten afdalen.                                
Ze konden het niet meer wagen om de broek nogmaals te bevestigen, daar ze drommels goed wisten dat ze geen tijd meer te verliezen hadden.
Elke minuut langer was voor de sloep daar beneden een levensgevaarlijk spel met de dood.
De luitenant kwam al op hem af lopen.
Bij William begon zijn bloed sneller door zijn aderen te stromen en bonkte opnieuw het hart hem angstig in de keel.
Zijn bange vermoedens werden helaas nu bij monde van de luitenant bevestigd!
Hij zou gedwongen zijn om, voor de ogen van de Fransen, via het touw op eigen kracht naar beneden af te dalen!
Alleen al bij de gedachte daaraan, brak het angstzweet hem uit.
En opnieuw verwenste hij zichzelf dat hij zo’n grote lafbek was!
Maar één ding mocht en zou niet gebeuren nam hij zich voor en dat was dat de Fransen te zien zouden krijgen dat hij bang was en dat ze hem daarop vervolgens terecht voor een lafaard zouden kunnen uitmaken.
Ze mochten hem voor geen enkele prijs ook maar een moment zien aarzelen of zelfs maar de geringste vermoedens krijgen dat hij het bijna in zijn broek deed van angst!
Trots rechte hij zijn rug, terwijl hij voelde dat zijn kaken verstrakte.
Manmoedig keek hij de luitenant in de ogen, die een verwoede poging ondernam, om te proberen hem in zijn beste Engels uit te leggen wat er van hem werd verwacht.
Hij knikte slechts kort naar hem om te bevestigen dat hij het had begrepen en liep, voor het oog tenminste, vastberaden naar de rand van het platform, waar de kabel door de luitenant in zijn handen werd geduwd.
Hij wreef zijn koude handen langs zijn broek in een vergeefse poging ze wat warmer te krijgen.  
Even haalde hij diep adem en greep de kabel met beide handen vast.          
De ruwe vezels prikten in zijn huid en voorzichtig liep hij er mee naar achteren.
Onzeker zette hij zijn voeten op de rand van het platform, terwijl hij nu langzaam met zijn lichaam wat naar buiten ging hangen.
Zijn mond voelde zo droog aan als kurk en hij trachtte, terwijl hij even twee seconden zijn ogen sloot, zich uit alle macht te beheersen om niet als een rietje te gaan staan beven in de wind.
Hij kon nu, of beter gezegd, hij moest nu!, aan de afdaling gaan beginnen.
Beneden hem hoorde hij de woeste golven tegen de rotsen beuken en de wind rukte krachtig aan zijn jekker.
Hij keek een moment naar beneden, maar bedacht geschrokken dat hij dat vervolgens maar beter niet meer moest doen.
“Omhoog blijven kijken William” gromde hij in zichzelf.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten